Naar de Aveyron mocht ik op stap met vier collega-journalisten. Vier mannen. En ík was de chauffeur, joehoe! We vlogen eerst van Charleroi naar Toulouse en hadden toen nog een rit van ongeveer 2 uur en half voor de boeg richting Espalion. Helaas konden we op woensdag niet op Rodez vliegen, dat slechts op 40 minuutjes van Espalion verwijderd is. Maar bon, we zagen dan ook meteen iets van het landschap.
De Aveyron is een prachtige streek in het zuiden van Frankrijk in de regio Midi-Pyrénées. De grootste steden zijn Rodez en Millau. De natuur is er prachtig, ruwer dan bijvoorbeeld in de Provence en het is er nog niet overspoeld door toeristen. Wij gingen vooral naar daar om enkele luxueuze gîtes uit te proberen. Maar in een land als Frankrijk kun je nu eenmaal niet anders dan ook lekker – en veel – eten en drinken, genieten van de landschappen en de rijke geschiedenis.
Villas Labro, modern verblijf met veel privacy
De eerste halte was meteen een voltreffer. In een oase van rust ligt Villas Labro, een domein met drie villa’s met elk een privézwembad, een buitenjacuzzi en een terras met een adembenemend uitzicht op het kasteel van Calmont, de Lot-vallei en het dorp Alayrac. Het interieur was er modern en uiterst verzorgd. Bij aankomst werden we verwelkomd door het echtpaar Saquet dat ons verraste met heerlijke wijn en lokale lekkernijen. Niet nodig om er verder over na te denken: hier mochten ze mij al meteen met een goed boek achterlaten.
Die avond bezochten we kort het stadje Espalion, charmant gelegen in de vallei van de Lot. We wandelden over Le Pont Vieux en bekeken de voormalige leerlooierijen – de ‘calquières’ – die er pittoresk aan de rand van het water pronken. De oude brug van roze zandsteen blijkt geclassificeerd als werelderfgoed. We ontdekten dat Espalion op de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella ligt en dat de Fransen die de ‘Chemin de St. Jacques de Compostelle’ noemen. De signalisatie van de route is in de straten ingewerkt, handig voor de sportieve wandelaars ‘en route’.
We gingen eten in restaurant La Tour en genoten van een verfijnde keuken. Na een nacht heerlijk slapen werd ik verrast door de mooie zonsopgang vanop het terras van onze villa, een uitzicht om nooit te vergeten. Ideale plek om met familie of vrienden eens een weekje te vertoeven.
Na een nacht heerlijk slapen werd ik verrast door de mooie zonsopgang vanop het terras van onze villa, een uitzicht om nooit te vergeten.
Adieu Villas Labro, tijd voor het volgende bezoek: een atelier waar men de bekende Laguiole-messen met de hand maakt. Er lagen prachtexemplaren in de vitrinekasten, maar voor mijn portemonnee helaas iets te duur. Al heb ik overwogen om er eentje voor mijn man te kopen, als verjaardagsgeschenk.
Bozouls
In Bozouls werden we ontvangen door de burgemeester die er met trots zijn vernieuwde Mairie liet zien. Vanop de bovenste verdieping hadden we een fantastisch zicht op het dorpsplein met daarachter de ‘Trou de Bozouls’, een miniversie van de Grand Canyon. In het midden van de hoefvormige kloof staat op een rotsachtige uitloper een oude kerk. Honderd meter lager meandert de Dourdou, een zijrivier van de Lot. We wandelden tot aan het uitkijkplatform en liepen wat rond in de zuiderse straatjes vol bloemen. Heerlijk.
Castel d’Alzac, logeren in een kasteeltje
Onze tocht ging vervolgens verder naar het zuiden, richting Saint-Jean-d’Alcapiès. Daar verbleven we in de gîte die mijn reisgenoten de meest authentieke en mooiste van de drie vonden: Castel d’Alzac. Mooi was het vijftiende-eeuwse kasteeltje zeker, maar de ontvangst was hier veel minder hartelijk. Tijdens ons verblijf zagen we eigenlijk niemand meer. Maar het moet gezegd: de verbouwing was met smaak gedaan en de inrichting was stijlvol. Het was de burgemeester die een crowdfunding lanceerde om het nodige geld bijeen te brengen voor de herstructurering van het kasteel dat eigendom werd van de gemeente. Het kasteel in zijn oude glorie herstellen en er gîtes van maken was de bedoeling van het project. Geslaagd is het zeker. In totaal kunnen hier 20 personen logeren, verdeeld over 5 luxueuze gîtes.
Castel d’alzac, authentiek en mooi.
Het avondeten nuttigden we in restaurant La Table de Jean in Saint-Affrique. Daar vernam ik dat zangeres Zaz ooit rapte bij de band le 4p, ze zongen een lied over de Aveyron en promootten lokale producten. Te vinden op YouTube!
Van Roquefort-sur-Soulzon tot Millau
Na een nacht – alweer – heerlijk slapen, reden we naar Roquefort-sur-Soulzon. Daar bezochten we de grotten waar de Roquefortkazen rijpen. Roquefort AOP is een heel oude Franse blauwschimmelkaas, waarvan de naam sinds 1925 beschermd is: alleen kaas uit (de buurt van) Roquefort mag zo genoemd worden. Daarnaast moet de kaas gemaakt zijn van de volle schapenmelk van schapen van het Lacaune-ras die in de streek leven, eten en grazen. Kenmerkend voor deze meestal witte schapen zijn hun langwerpige hoofden met slappe, naar beneden hangende oren. Ze hebben ook meer temperament dan andere schapen, tja, dat zal ook nodig zijn om tot deze pittige schimmelkaas te komen. Over het ontstaan van die schimmelkaas zijn er veel verhalen zoals dat van een jonge herder die voor het onweer ging schuilen en vervolgens zijn broodje met gestremde schapenmelk in de grotingang liet liggen om een mooi herderinnetje te volgen (volgens anderen om een schaap te volgen) met als gevolg een beschimmeld maar heerlijk boke met kaas bij terugkomst.
Over het ontstaan van die schimmelkaas zijn er veel verhalen.
Die inmiddels beroemde schimmel ‘Penicillium roqueforti’ wordt nu onder gecontroleerde omstandigheden aan de kaas toegevoegd en groeit het best op brood. Het rijpen van de kaas gebeurt in de grotten. Maar terug naar de schapen: het lammeren vindt één keer per jaar plaats in de periode tussen november en januari. In die periode ligt er ook geen kaas meer in de kelders, maar wel replica’s van piepschuim. Kwestie van als bezoeker toch leuke foto’s te kunnen maken…
Na de rondleiding was er een degustatiemoment. Voor mij graag een saus met Roquefort, maar het pure ding is niet aan mij besteed. Voor de foto: say cheese and smile!
Die middag reden we over de hoogste brug ter wereld, gelegen in het hart van de Aveyron: het viaduct van Millau. Met een hoogte van 343 meter – op het diepste punt van het dal – is deze brug zelfs 19 meter hoger dan de Eiffeltoren. Om van Parijs naar de Middellandse Zee te reizen moet je haast deze route nemen om de vallei van de Tarn snel te overbruggen. Zowel het uitzicht als de brug zelf zijn indrukwekkend.

In Millau heerste een gezellige drukte. Auto’s staan hier bumper aan bumper, het was ook even wringen en manoeuvreren om de auto te parkeren. Na een bezoek aan de markt en een heerlijke lunch op het binnenterras van Au jeu de Paume bezochten we Maison Fabre, producent van luxehandschoenen. Het was de heer Olivier Fabre himself die ons de hele uitleg gaf. Deze vierde generatie kan binnen enkele jaren het honderdjarig bestaan vieren, want het was Etienne Fabre die het bedrijf in 1924 oprichtte. We vernemen hoe enkel het fijnste lamsleer op basis van elasticiteit en effenheid gekozen wordt en verder verwerkt. In het atelier zien we enkele handige dames bezig die elke handschoen stuk voor stuk vormgeven. Er prijkt ook een foto van Nicole Kidmann die op maat gemaakte handschoenen draagt van Maison Fabre tijdens de opname van de film Grace of Monaco. Grace Kelly droeg in de jaren vijftig ook regelmatig handschoenen van Maison Fabre.
Logeren in de Gorges du Tarn
De Gorges du Tarn, dat is de kloof waar de Tarn lustig door stroomt, in de departementen Lozère en Aveyron. Het is ergens in die kloof, vlak bij de rivier, dat we de volgende nacht doorbrachten. De Dandelion gîte is ideaal voor grote gezinnen die houden van natuur en sport. Vanuit de tuin kun je zo de kajak inspringen. Het uitzicht op de steile rotsen is indrukwekkend en vanaf het terras heb je een fantastisch uitzicht. Deze gîte is minder stijlvol dan de andere die we bezochten, maar ideaal voor een wat grotere groep. Met vier slaapkamers en drie badkamers is er ruimte genoeg, de nogal uiteenlopende stijlen (van romantisch tot pure kitsch) moet je er wel bij nemen.
De nogal uiteenlopende stijlen (van romantisch tot pure kitsch) moet je er wel bij nemen.
We gingen eten in het verfijnde restaurant La Calquière in het dorpje Mostuéjouls. Een echte aanrader. De avond werd afgesloten met een glaasje champagne, buiten in een grote jacuzzi onder een heldere sterrenhemel.
De volgende dag moest ik onze wagen veilig van de steile helling krijgen waar we geparkeerd stonden. Dat lukte zonder ongelukken. Voor dit deel van Frankrijk is ervaring als chauffeur gewenst. De slingerende wegen met haarspeldbochten en een stijgingspercentage om u tegen te zeggen maken menig persoon zeker en vast wagenziek. Van mijn mannelijke collega’s kreeg ik gelukkig het brevet van goede chauffeur. We keerden terug naar huis met een vlucht van Ryanair vanuit Montpellier. Ook die verliep vlekkeloos.

Praktisch
Gîtes
- Villas de Labro, Espalion: www.villas-labro.fr
- Castel d’Alzac, Saint-Jean-d’Alcapiès: www.casteldalzac.com
- Dandelion Gîte, Mostuéjouls: www.lesoleilo.com
Restaurants
- Restaurant La Tour, Espaion: www.restaurant-la-tour.fr
- Restaurant La Table de Jean, Saint-Affrique
- Restaurant Au jeu de Paume, Millau: www.aujeudepaume-millau.com
- Restaurant La Calquière, Mostuéjouls: www.lacalquiere.fr
Meer informatie
2 comments
Waw Els, het leest alsof ik er zelf bij was! ^^
Gelukkig waren het vier extreem aangename mensen. :p
Haha Jonathan!!! Dat verbaast me nu echt niet zu 😉